Sociale huurovereenkomsten
In het algemeen zal het ongestoorde genot van de zittende huurder van een sociale huurwoning gegarandeerd worden. De rechtspositie van de zittende huurder blijft ongewijzigd.
SHM-huurders
Als de woning tot het patrimonium van de SHM behoort, waarbij de woonmaatschappij de rechtsopvolger is, dan stelt zich geen probleem, de verhuurder is rechtsopvolger.
Als de woning wordt overgedragen door een SHM, omdat de woning niet langer behoort tot haar werkingsgebied, dan is de verkrijgende maatschappij niet de rechtsopvolger van de SHM. In dat geval geldt artikel 6.58 BVCW.
Dit artikel bepaalt het volgende: als de verkrijgende maatschappij een sociale huurwoning met een zittende huurder verwerft, neemt hij de huurovereenkomst over en treedt hij in alle rechten en verplichtingen van de overdrager van de huurovereenkomst.
Hierbij moet u ook rekening houden met het woonrecht van de huurder.
Er geldt een overgangsperiode en een specifieke regeling voor de berekening van de huurprijs tijdens die overgangsperiode.