Een splitsing door overneming. De partieel te splitsen maatschappij (die zowel een SHM als een woonmaatschappij kan zijn) draagt een deel van haar vermogen over aan een of meerdere andere maatschappijen (die kunnen zowel een SHM als een woonmaatschappij zijn) die optreden als overnemende maatschappij en die een deel van de activiteiten van de partieel gesplitste SHM of woonmaatschappij verderzetten.

U richt één of meerdere nieuwe maatschappijen op. De bestaande maatschappij (die zowel een SHM als een woonmaatschappij kan zijn) draagt een deel van haar vermogen over aan deze nieuw op te richten maatschappijen. Aangezien sinds de inwerkingtreding van het decreet van 9 juli 2021 geen nieuwe SHM’s kunnen worden opgericht/erkend, kan een dergelijke splitsing enkel als de nieuwe maatschappij(en) als woonmaatschappij(en) worden opgericht. Houd in uw timing dan wel rekening met het feit dat u reeds de nodige stappen dient te zetten voor de erkenning van de op te richten vennootschap als woonmaatschappij.

Omdat deze woonmaatschappij geen voortzetting is van een bestaande SHM, moet u er bovendien rekening mee houden dat alleen het Vlaamse Gewest en de provincies, gemeenten en OCMW’s die in het werkingsgebied van de woonmaatschappij liggen, aandelen kunnen houden van die op te richten woonmaatschappij. Andere aandeelhouders dan het Vlaamse Gewest, de provincies, gemeenten en OCMW’s die in het werkingsgebied van de woonmaatschappij liggen, kunnen bij uitzondering aandelen houden van de woonmaatschappij waarmee hun SHM na eerdere oprichting van deze woonmaatschappij fuseert of deels in opgaat door splitsing of andere herstructurering.

De partiële splitsing door oprichting van één of meerdere nieuwe maatschappijen is dan ook alleen mogelijk wanneer alle andere aandeelhouders van de te splitsen SHM of woonmaatschappij uiterlijk op het ogenblik van de inwerkingtreding van de splitsing uit de splitsende maatschappij zijn gestapt.

U vindt meer informatie over het aandeelhouderschap van SHM’s en woonmaatschappijen in het hoofdstuk “Kunnen maatschappijen met verschillende rechtsvormen deelnemen aan dezelfde partiële splitsing?”.

De partieel gesplitste maatschappij verdwijnt niet en wordt niet ontbonden.

Een deel van het vermogen (activa en passiva, rechten en verplichtingen) van de partieel gesplitste vennootschap wordt afgesplitst en gaat over naar één of meerdere bestaande maatschappijen, overeenkomstig de verdeling opgenomen in het splitsingsvoorstel.

De aandeelhouders van de partieel gesplitste maatschappij ontvangen aandelen in de verkrijgende maatschappij(en) overeenkomstig een ruilverhouding (eventueel – maar niet verplicht – met een beperkte opleg in geld).

U moet geen nieuwe maatschappij(en) oprichten. Hierdoor valt de volgende administratie weg: de procedure bij een notaris om een nieuwe vennootschap op te richten en de daaraan verbonden kosten, een nieuw btw-nummer aanvragen en de inschrijving bij de Kruispuntbank van Ondernemingen.

De verkrijgende maatschappijen zijn al erkend (als SHM of als woonmaatschappij). U moet niet opnieuw de erkenningsprocedures doorlopen, maar bent meteen actief. Let wel, als de verkrijgende vennootschap een SHM is, zal die nog het erkenningstraject als woonmaatschappij moeten doorlopen. In het algemeen deel over de woonmaatschappijen vindt u meer informatie over dat erkenningstraject. Daarbij overweegt u best of u dat traject parallel met de partiële splitsing dan wel ervoor of erna laat plaatsvinden. Zie daarover meer bij het indicatief stappenplan.

De partiële splitsing is een nuttige techniek als u niet de volledige activiteit van de vennootschap moet overdragen. Deze techniek laat u toe om de activiteiten te aligneren aan de werkingsgebieden van de woonmaatschappijen.